Ik heb het Jaap Hollander en Jeffrey Wijnberg, mijn opleiders provocatief, vaak en met veel genoegen zien doen: mensen in een hoekje drijven, mensen vastzetten: “Dus jij bent zo’n … ” en dan kwam er vaak een negatieve typering met een overdreven, humoristische overdrijving:” wereldverbeteraarster, we noemen je voortaan: Atlastica!” Of: ” zo’n egoistisch vervelend mannetje dat het altijd maar beter weet, zo’n Muppetmannetje zeg maar!” En dan hielden ze daar met liefde aan vast, degene die ze wilden helpen moest al zijn of haar kracht verzamelen om het tegendeel te bewijzen. Vluchten kon niet meer, schijnbaar genadeloos pareerden ze elke vermijding van verantwoordelijkheid: wil je nou zo zijn/denken/doen? Of niet?
Ik heb wel eens tegen hen gezegd dat het misschien eigen is aan mannen om er genoegen aan te beleven om iemand vast te zetten! Ik kan dat zelf nog steeds alleen als ik bij mezelf ervan overtuigd ben dat het nu helpend en bevrijdend is dat iemand zijn of haar kracht echt voelt en zich van mij bevrijdt… !
Meestal hanteer ik een lichtere variant, die ik hierbij graag doorgeef, geschikt voor de “lichtere” problemen van de mensen met wie ik meestal werk, in vergelijking met de mensen met wie Jaap en Jeffrey, als psychologen, werken.
Deze variant van klemzetten gaat als volgt:
1) Vraag eerst naar het probleem en zorg ervoor dat dat in innerlijke termen geformuleerd is
2) schat de persoon in: hij/zij is een bangerik, een doorzetter, een volger, een arrogant mannetje, een pleaser, een …
3) Check je liefdevolle, humoristische basishouding en neem stelling
4) zeg ontspannen: “Je weet zelf ook wel dat je een (…) bent, wie wilde je voor de gek houden?”
5) en kom hier telkens op terug, zo de onmogelijkheid van verandering/verbetering lachend en de ander volledig accepterend voorhoudend en inwrijvend.
Vluchten kan niet meer?