De waarheid over helpen is dat het de eenvoudigste zaak van de wereld is en tegelijkertijd “tricky business”. Wanneer ben je gewoon bezig met je brood te verdienen of jezelf te helpen van dat nare gevoel af te komen en wanneer help je iemand echt? Mag degene die geholpen wordt daar ook iets over zeggen?
De contextuele benadering geeft een duidelijk advies: wanneer je vindt dat je MOET helpen, denk dan nog eens heel goed na of dit wel constructief is. Tien tegen één dat dit MOETEN te maken heeft met je eigen destructief recht en met eigen huiswerk. Pas op dat je niet helpt van de wal in de sloot! Maar als je WIL helpen, ga vooral je gang, waarschijnlijk heb je het al gedaan!
Zelf ben ik ook een helper. Ik houd niet van narigheid, ik vind dat er altijd iets aan te doen moet zijn. Maar de vraag is: Sillevis, heb jij dan de waarheid en wijsheid in pacht? Nee natuurlijk. En daarom ben ik zo’n fan van de provocatieve benadering. Deze doet volkomen recht aan mijn wens tot helpen, maar laat de verantwoordelijkheid en de wijsheid voor een weg uit iemands ellende volledig bij de ander. Sterker nog: de provocatieve benadering geeft je eindeloos veel mogelijkheden om de bal van de verantwoordelijkheid steeds weer naar de persoon in nood terug te spelen. En dat met veel plezier en dichtbij de persoon in kwestie. Tot deze vanuit eigen wijsheid zelf in beweging komt, of het probleem los kan laten.
Probeer het eens, zou ik zeggen! Dat kan al als je met deze twee vragen werkt:
1) In wat voor modus dwingt iemand jou? (en ga dan in de tegenovergestelde modus zitten)
2) wat vind je grappig of geestig aan iemand? (en verzin daar vervolgens een bijnaam op).
Veel plezier met helpen!