Stoplicht-kleurenblindheid


Stoplicht-kleurenblindheid (farrelly factor 8)

Rood is groen. “Daar wil ik het niet over hebben” zegt je klant en dan wil jij niets liever dan er juist wél dieper op ingaan… Een provocatieve interventie (farrelly factor) die conditioneel is. Vraag jezelf twee dingen af als iemand jou wil stoppen met doorvragen:

  1. is de ander congruent, dat wil zeggen: helder en beslist? Of bespeur je een dubbele boodschap van angst, of schaamte, jou uitproberend op jouw reactie? Is het laatste het geval dan is rood groen mits je ook antwoord hebt op vraag
  2. is mijn doorzetten helpend voor de ander? Dat hangt ook van je relatie met die ander af. Het kan zeker helpend zijn, want altijd als iemand zegt: “Daar wil ik het niet over hebben’ weet je dat met “daar” een heleboel wordt aangeduid waar nu juist de pijn en dus ook de bronnen van vertrouwen en genezing huizen. Het rode stoplicht als stopteken accepteren kan dan een gemiste kans betekenen.

Laatst zei ik het zelf tegen een collega die bij mij informeerde naar “de heftige tijd” die ik heb gehad in mijn werk met ongedocumenteerden. En ja hoor, daar zei ik het: “Dankjewel voor je belangstelling, maar daar wil ik het nu niet over hebben.” Helder, beslist. De collega, die in geen enkele hulpverlenende relatie met mij staat, accepteerde dat dan ook gelijk. “Prima” zei hij en ging op een ander onderwerp over.

Rood kan rood zijn, maar een groen stoplicht geeft doorgang. Wat ik op dat moment geen doorgang wilde verlenen, omdat ik zeker wist dat ik het niet droog zou houden, wil ik hieronder met een gedicht van Mike Boddé weergeven.

Het kwaad en Voetballen
Soms wordt je geconfronteerd met het kwaad: er wordt schade toegebracht en dat willens en wetens. Kan de schade hersteld worden? De dood is onherroepelijk. Toch geloof ik: alles is aan Christus toevertrouwd (Mattheus 11:27). Of seculier gezegd: liefde is sterker dan de dood.

En daarbij heb je natuurlijk ook altijd de humor. Zoals in dit prachtige gedicht van Mike Boddé, op p. 56 van zijn boek “Pil”:

 

Voetballen om de angst te verdrijven
voetballen tegen de sterfelijkheid
voetballen tegen het lot.

Wij voetballen om het onvermijdelijke uit te stellen
wij voetballen ons moed in
wij voetballen elkaar een hart onder de riem.

Wij voetballen voor elkaar
wij voetballen van elkaar
wij voetballen heel veel om elkaar.

Wij voetballen.

Zielsveel voetballen wij.

 

De duivel lacht niet. En hij kan ook niet voetballen.

Stop niet bij het rood van het kwaad. Rood is groen.