Als er iets gebeurt wat je niet zint, in het klein of in het groot, dan ben je als mens geneigd om iemand (of iets) de schuld te geven. Als je een vrouw bent geef je vaak jezelf de schuld. Mannen externaliseren meer, leggen de schuld vaak buiten zichzelf. Dat is ongetwijfeld de schuld van dat ze man zijn. Dat lijkt me helder.
Zo ook laat ik hem Roy noemen. Ik zie hem en hij komt gelijk naar mij toe: “Je hebt me niet teruggebeld!” (het is de schuld van Marieke) Ik zeg gespeeld verontwaardigd: “Jij nam niet op!” (het is de schuld van Roy) Ik laat hem op mijn telefoon zien hoe vaak ik hem heb proberen te bereiken.
Roy is illegaal in Nederland en mag dus eigenlijk niet werken. Toch scharrelt hij baantjes bij elkaar en weet zo zelfs een kamertje te huren. Dat is een hele verbetering, want ik heb hem leren kennen toen hij nog een boete had van op straat slapen. Dat mag ook niet in Nederland. Dit keer vroeg hij mij hem te helpen met een lening voor zijn huur. Als hij niet voor vrijdag zou betalen, zou hij uit zijn kamer gezet worden. Hij bezwoer mij dat het een lening was, dat hij de komende maanden meer werk zou krijgen. Samen met mij schreef hij een brief aan de pechpot en ik zou hem bellen over het antwoord. We wisselden telefoonnummers uit en ik zou hem terugbellen. Wat ik ook had gedaan. Ik was zelfs langs zijn vorige werkplek gegaan in de hoop hem daar te treffen. NIets, nada. Ik had het losgelaten. Nu zie ik hem weer, met verfomfaaid uiterlijk en dikke ogen. Vannacht in het park geslapen…
“Je hebt het verkeerde nummer gebeld” zegt hij. (het is de schuld van Marieke)
“Dit is het nummer dat je mij hebt gegeven!” zeg ik “Weet je nog? En je had mij ook kunnen bellen” (het is de schuld van Roy)
Hij haalt schamper zijn schouders op. “Geen beltegoed” (het is de schuld van mijn situatie)
We controleren het nummer op mijn telefoon. Het lijkt niet eens op het nummer dat het zijne is. Ik begrijp er niets van. “Heb je een andere telefoon?” “Nee.” Ik zeg: “Ik ben zelfs nog naar je werk gegaan” “Ja, daar werk ik niet meer, ik werk nu helemaal niet meer, ik slaap in het park.” Ik bel met één van de onvolprezen vrijwilligers van de pechpot. Deze wil nu alleen met Roy samen de huur aan de huisbaas geven en Roy daarover zelf ontmoeten. Dat lijkt mij een uitstekend idee. Ik vertel Roy dat de kans vrij groot is dat hij toch nog het geld kan lenen als hij morgen weer komt. Hij zegt: “Als God het wil” en is blij.
Samen verbeteren we zijn nummer op mijn telefoon. Ik zeg hoofdschuddend: “Het is de schuld van de duivel”. Hij lacht. “Ja”, zeg ik , “het is de schuld van de duivel! Dat kan niet anders” Ik maak een wegsturend gebaar met mijn arm. ‘Weg duivel! In naam van Jezus Christus ga weg!” zeg ik en Roy zegt lachend ook: “Weg.”
Ik ben blij dat hij lacht. Zijn lach geeft mij aan dat hij het absurd vindt de duivel de schuld te geven. De afgelopen jaren heb ik geleerd dat wij inderdaad worstelen met de machthebbers van de duisternis (Efeziers 6:12) Zoals zo vaak als ik provocatief ben geloof ik wat ik zeg en meen ik het serieus. Toch is het inderdaad om te lachen om de boze de schuld te geven van wat dan ook wat fout gaat in je leven. Net zoals het belachelijk is om jezelf de schuld te geven of God, of je situatie of die pastor. Er gaat iets niet zoals je wilt. Dat is een feit. Dan is het enige wat je kan doen om de situatie te verbeteren: zelf constructief in actie komen, die eerste kleine stap maken. Doe wat kan en wat het gemakkelijkste voor je is. Iets of iemand de schuld geven leidt af van wat je zelf zou kunnen doen. En grote genade, soms is er niets wat je hoeft te doen en komt de oplossing zomaar voorbij fietsen. Een gelovig mens zoals ik zelf verbaast dat niets.
Ook in het groot wil je nog wel eens zoeken naar de schuldigen. Wie heeft de schuld van dat schietincident dat onze stad schokte en gisteren nog een dodelijk slachtoffer eiste? Het was de daad van één man en met de schuld van wat hij teweeg gebracht heeft zal hij zijn leven verder moeten leven. Maar wie of wat heeft zijn daad veroorzaakt, wie of wat kan je daar de schuld van geven? De (sociale) media stonden er bol van.
Als de schuldvraag de kop opsteekt bij jezelf of bij een ander: ga de schuld verschuiven. Provocatieve interventie nr 30 werkt probaat: verschuif de schuld tot aan de duivel toe. Dat leidt tot niets en dat was toch juist de bedoeling? Of kijk naar wat je nu zelf constructief kan doen en de mogelijkheden zijn eindeloos: van bidden tot aan een stille tocht lopen, van blijven hopen en vertrouwen tot aan bondgenootschappen van samenleven smeden. En alles daartussen en nog veel meer.